Kaakafwijkingen en hun correcties
Info
Afwijkingen in de manier waarop je bijt, kunnen veroorzaakt zijn door een vormafwijking van de bovenkaak, onderkaak of beide. Dit kan gepaard gaan met de volgende klachten:
- problemen met kauwen en spreken
- klachten aan het tandvlees of gehemelte (een gehemelte-beet)
- kaakgewrichtsklachten
Operatie kaak
Bij het vaststellen van de afwijking zullen we een operatie voorstellen. Dit kan, afhankelijk van het onderzoek, een verplaatsing zijn van de bovenkaak, de onderkaak of beide.
- Zo kan de bovenkaak naar boven (intrusie – bij brede tandvleeslach), naar voren (advancement), naar onderen (extrusie) worden gebracht, of geroteerd.
- De onderkaak kan ook geroteerd worden en naar voren (advancement) of naar achteren gebracht (retrusie) worden.
De kaken worden in de juiste positie gefixeerd met platen en schroeven. Zo wordt het fixeren van de tanden op elkaar na de operatie overbodig.
Operatie kin
Soms is bijkomend een kin-operatie of genioplastie aangewezen, waarbij de kin wordt verlengd of ingekort. Dit geeft een extra verbetering in de harmonisatie van het gelaatsprofiel. Ook zal het helpen om de lippen te sluiten zonder extra inspanning van de spieren van de kin. De kin wordt in zijn nieuwe positie gefixeerd met een titaniumplaat en schroeven.
Vóór de operatie zal de orthodontist de onder- en boventandboog uitlijnen zodat beide tandenbogen bij de verplaatsing van de kaken goed op elkaar passen. Zes weken na de operatie zorgt de orthodontist voor de finetuning naar een perfecte beet.
Wij zien je graag bij de start van de orthodontische behandeling zodat er goed gecommuniceerd kan worden met de orthodontist omtrent het te volgen behandelingsplan.
Enkele weken voor de operatie wordt de ingreep voorbereid na het nemen van (digitale) afdrukken van de tanden, radiografische 2D -en 3D-opnames. Met deze gegevens wordt de operatie met een computerprogramma gesimuleerd in 3D zodat de ideale definitieve kaakstand kan bepaald worden. Dit programma laat ook toe om beetplaten te maken met een 3D-printer. Die platen worden tijdens de operatie gebruikt voor het juist positioneren van de kaken tegenover elkaar.
Bij volwassenen met een te smalle bovenkaak is de groeinaad in het midden van het gehemelte verbeend. Daardoor dient deze chirurgisch te worden losgemaakt. De twee helften van de bovenkaak worden dan met een schroef, de transpalatale distractor, uit elkaar geduwd door hem dagelijks open te draaien tot een voldoende breedte is bereikt.
CPAP
De basis van obstructief slaap-apneu (OSAS) is de CPAP (continuous positive airway pressure). De goede resultaten ervan zijn wetenschappelijk bevestigd.
De indicatie voor het toepassen van CPAP wordt bepaald door de graad van slaapapneu vastgelegd in de Apneu-Hypopneu Index (AHI) en de graad van zuurstof-desaturatie tijdens de apneu. De index wordt berekend aan de hand van het slaaponderzoek dat wordt uitgevoerd door de longarts. Een AHI boven de waarde 5 is abnormaal, een waarde boven 15 heeft een duidelijke weerslag op de algemene gezondheid en komt in aanmerking voor CPAP. Eventueel wordt op basis van dat onderzoek een chirurgische correctie overwogen, bijvoorbeeld ter hoogte van het weke gehemelte.
MRA
Patiënten die niet in aanmerking komen voor CPAP omdat de AHI te laag is (milde slaapapneu), alsook patiënten met een snurkprobleem, kunnen toch verder geholpen worden door middel van een MRA (het mandibulaire repositie apparaat). Het mondapparaat wordt ’s nachts gedragen. Het is zo geconstrueerd dat de onderkaak in een voorwaartse positie wordt gedwongen waardoor de ademhalingsweg ruimer wordt en minder obstructieve apneus optreden tijdens de slaap. Ook het snurken verbetert aanzienlijk.
Voor het vervaardigen en plaatsen van een MRA wordt je verwezen naar een tandarts-specialist. Indien het dragen van een MRA duidelijk succesvol is, kan een boven- en onderkaak verschuiving naar voren worden overwogen (bimaxillaire advancement osteotomie). In dat geval wordt je naar de kaakchirurg verwezen voor het verder plannen en uitvoeren van de ingreep.